Een mooi artikel uit het de maandkrant: Barradiel meiinoar ien. De krant was een uitgave van de middenstandsvereniging Barradeel. De gemeente publiceerde daarin het woordelijk verslag van de maandelijkse gemeenteraadsvergadering en voor het overige was het voornamelijk een advertentieblad. Verder artikelen over andere zaken die in de dorpen speelde. Zoals onderstaand artikel over het afdammen van de Minnertsgaastervaart en het laatste schip dat met een lading suikerbieten vertrok.

Men schrijft ons:

Het laatste schip wordt geladen met suikerbieten

Wanneer ik dit schrijf kan de Minnertsgaastervaart afgesloten worden. Wij hebben de laatste lading bieten ingenomen. Het schip ligt gereed te vertrekken. Bij het wegvaren kijkt men onwillekeurig nog een paar keer om. Immers, het is voor het laatst. Nimmer zal er weer een schip in de haven van Minnertsga meren. Nu hoeft men daar niet zo lang bij stil te staan, want de vaart daar ter plaatse was toch de laatste jaren al niet zo best meer. Zij, die daar wat aan hadden kunnen doen, hebben zich er niet zo druk over gemaakt; dat is wel jammer want veel bieten zijn er geladen door de heren Talsma en De Groot. En toch zal er in de toekomende tijd wat aan moeten gebeuren anders zal het over enkele jaren ook geen afwatering meer zijn. Hiermee nemen wij afscheid. De jeugd van Minnertsga die altijd tegenwoordig was bij het laden van de schepen zullen misschien later nog aan hun kinderen zeggen: hier was het, en hier lagen de schepen.
C. Keuning, Tzummarum

“Tiden hawwe tiden”
Aldus onze correspondent uit Minnertsga die eveneens een bericht wijdt aan de laatste bietenverscheping vanuit het dorp.
De ruilverkaveling, zo schrijft hij, brengt veel veranderingen in onze omgeving en hij noemt dan achtereenvolgens: de nieuwe weg van Wier over de z.g. Oude Meer langs de boerderij van Krol, over de Minnertsgaastervaart, aansluitend op de nieuwe weg Firdgum-Ried. Dit bracht met zich mee, dat ook deze vaart moest worden afgesloten voor alle verkeer te water.

Dat moment is nu aangebroken. Donderdag 10 december laadde het laatste schip van een Groninger schipper de laatste vracht bieten, waarmee een periode van grote bedrijvigheid werd afgesloten. Van dit historische gebeuren werd bijgaande plaatje gemaakt.
Hoewel het meeste vervoer van landbouwproducten de laatste jaren al per vrachtauto plaats vond, kwamen in de herfst toch geregeld de bietenschippers die dan voor de nodige drukte en vertier zorgden.

Daar gaat het laatste schip de haven uit

In het verleden werd bij het vervoer van bieten vanaf het veld naar het schip gebruik gemaakt van paardentractie, wat vele handen werk gaf. De bieten werden namelijk met de ‘gripe’ in het schip gewerkt. Thans komen trekkers met kiepwagens en is lossen van zo’, wagen een kwestie van seconden. De trekkerchauffeur trekt aan een hendel, de laadbak gaat omhoog en door de wet van de zwaartekracht glijden de bieten in het ruim van het schip.
Tijdens de bietencampagne was het in het haventje, dat toen nog in het dorp lag, een drukte van belang. Soms leidde dat ook tot moeilijkheden en krakeel waaraan zelf s de politie te pas kwam. Twee turfschippers, die het dorp van ‘winterbrand’ voorzagen – toen nog hoofdzakelijk turf – hadden vaste ligplaatsen, evenals de beide beurtschippers. Tijdens de bietencampagne gaf de bietenagent aanwijzingen, zodat iedereen op zijn beurt geholpen kon worden. Dan was er door het grote aantal schepen vaak te weinig ruimte in het kleine haventje, wat aanleiding gaf tot harde woorden over en weer. De politie moest dan vanaf de wal regelend optreden.

Het gemeentebestuur was zich bewust van deze moeilijkheden en er kwam een minderheidsvoorstel van B&W aan de orde om een nieuwe haven te plannen op de Terp, waar nu de pastorie en het Groene Kruisgebouw staan. Dit zou een oplossing zijn, aldus was de veronderstelling. Deze haven zou dan recht voor de Minnertsgaastervaart komen te liggen. Reeds toen reed er al een enkele vrachtwagen doch met massieve banden. Men verwachtte echter toen al dat het wegvervoer het verkeer te water zou overvleugelen en al dat alles in die tijd nog toekomstmuziek, het minderheidsvoorstel bleek geen haalbare kaart. Dat is, naar thans blijkt, gelukkig goed gezien, want anders had Minnertsga nu een mooie haven gehad, maar geen schepen meer omdat de vraarweg is afgedamd. “Tiden hawwe tiden”.

Bron: maandblad Barradiel meiinoar ien (1970)