5 10, 2014

Minnertsga op oude ansichtkaarten (deel 2)

2014-10-05T18:33:05+00:005 oktober 2014|1 Reactie

Een paar weken geleden heb ik iets geschreven bij de oude ansichtkaart die door Titia Lindeboom op internet was gevonden. Een prachtig dorpsbeeld uit ver vervlogen tijden. De titel van dat verhaal was: Minnertsga op oude ansichtkaarten (deel 1). Een deel 1 suggereert dat er ook een deel 2 of meer komen. En dat had ik in het vorige verhaal dan ook beloofd. Ik had beloofd om een paar stappen richting het bruggetje ‘it heechhout’ te maken om het wat dichter bij te bekijken.   Daarvoor heb ik twee mooie foto’s uitgezocht. De bovenste foto is één van de oudste fotoprentbriefkaarten die ik in mijn collectie heb. Dit dorpsbeeld is rond 1900 door de fotograaf vastgelegd. Gelet op het perspectief van de foto, heeft de fotograaf waarschijnlijk zijn grote fotocamera op een schip neergezet en heeft hij dit sfeervolle beeld op de lichtgevoelige glasplaat vastgelegd. De foto is haarscherp. Wat zien we? In het oog springend is natuurlijk de loopbrug, it heechhout zoals die in de volksmond werd genoemd. Dit was de verbinding van de Meinardswei naar de Tsjillen. Links staat Grietje Koopmans in de deuropening. Zij ventte vroeger met bakkerswaren in het buitengebied van het dorp. Zij had dan twee korven aan een juk hangen dat op haar schouders rustte. Zo liep zij uren achtereen om bakkerswaren voor de plaatselijke bakker te verkopen om zo een klein inkomen te vergaren. De kinderen op de voorgrond komen regelrecht uit boek Ot en Sien zo lijkt het wel. Tussen de manspersonen staat een hondenkar met maar liefst vier trekhonden er voor. Op de kar staan twee flinke houten vaten. Vermoedelijk is de eigenaar van de hondenkar een zekere Meindert Hamersma die met melk ventte. In het tweede pand rechts had Gelbrichje Miedema-Tuinhof een kruidenierswinkeltje en in het derde pand was een bakkerij gevestigd waar verschillende bakkers de oven brandend hielden. Even verderop is de flapbrug te zien die de Meineardswei met de Tilledyk (toen nog Bosdijk genoemd) verbond. De smalle vaart die onder it heechhout en de flapbrug door liep, kwam uit in de Tzummarummervaart en werd gebruikt door schippers die met pramen de goederen van de landerijen in de omgeving naar het dorp brachten om vervolgens overgeladen te worden in snikken en skûtsjes. Maar er werden uiteraard ook goederen vanuit de dorpshavenkom naar de boerderijen in de omgeving gevaren zoals turven en bouwmaterialen etc. We gaan denkbeeldig voor de bakkerij staan; met de rug naar de flapbrug en dan zien we it heechhout van de andere kant. Een dorpsbeeld uit diezelfde periode. Een kleurenfoto; uit die tijd? Tja, maar wel één die ingekleurd is. Dus het zijn niet de ware kleuren want ik kan mij niet voorstellen dat de dakgoten toen geel werden geverfd. Als je inzoomt op de foto is duidelijk te zien dat de afbeelding is ingekleurd. De druktechniek is de zogenaamde lithodruk oftewel steendruk. Dus geen echte foto zoals de eerste. Links het kruidenierswinkeltje van Gelbrichje Miedema-Tuinhof en dan de steeg die nu veel breder is dan [...]

26 09, 2014

Armplaatje Lucht Beschermingsdienst gevonden

2014-09-26T17:15:14+00:0026 september 2014|0 Reacties

In de meeste gevallen worden foto’s opgestuurd van vroegere bewoners van Minnertsga, maar soms zit er ook wat anders bij zoals in dit geval. In juni dit jaar stuurde Menno Miedema uit Minnertsga mij een foto van een zogenaamd armplaatje. Hij had het gevonden in een lade in de schuur van zijn woning aan de Hermanawei en heeft het al een hele tijd in zijn bezit. Het is een geëmailleerde armplaatje dat door mensen van de Lucht Beschermingsdienst moest worden gedragen als zij 'dienst’ hadden. Dit armplaatje is vroeger vermoedelijk door Gerben (Germ) Landstra gedragen die kennelijk in de groep Geneeskundige Dienst zat. Hij heeft in de woning gewoond waar Menno Miedema nu woont. Wat was de Lucht Beschermingsdienst? In de jaren twintig en dertig verwachten veel Europese militairen en politici dat steden in toekomstige oorlogen grootschalig gebombardeerd zouden worden. In de Eerste Wereldoorlog hadden vooral Oostenrijk en Duitsland bombardementen uitgevoerd op onder andere Londen. De latere Italiaanse bombardementen in Ethiopië en in de Spaanse Burgeroorlog, onder andere op Madrid en Guernica, bevestigden deze vrees. Naast bombardementen met explosieve bommen en luchtmijnen werd gevreesd voor bombardementen met gifgas. De regering meende dat de Nederlandse bevolking daarop moest worden voorbereid. Germ Landstra De Nederlandse Vereniging voor Luchtbescherming stelde zich ten doel de zelfbescherming door de bevolking bij luchtaanvallen. Dit doel probeerde men te bereiken door het geven van trainingen, het organiseren van bijeenkomsten, demonstraties en tentoonstellingen. De contributie bedroeg minimaal 1 gulden per jaar. Bedrijven betaalden een hogere contributie. De vereniging was erg actief en organiseerde onder andere EHBO-cursussen en tentoonstellingen. Ook het ontruimen van scholen werd geoefend. Het bestuur plaatste in de kranten advertenties voor brandblussers en (onbrandbare) asbestplaten die werden aangeprezen als bescherming tegen brandbommen. Naast het particuliere initiatief van de NVL was ook de overheid actief op dit terrein. In veel gemeenten was ook een gemeentelijke luchtbeschermingsdienst, onder leiding van de burgemeester actief. Op 28 februari 1936 werd in de gemeente Barradeel een luchtbeschermingsdienst samengesteld. Allen die waren uitgenodigd om hieraan deel te nemen, verklaarde zich bereid om de hem opgedragen taken te vervullen. In alle dorpen van de gemeente zijn toen de volgende hulpdiensten ingesteld: Eerste Hulp, Brandweerploeg, Opruimingsploeg en Hulppolitie. De laatste moest dienst doen bij afzetting bij voorkomende ongelukken en tijdens de oefeningen toezien, dat geen uitstralend licht uit woningen voorkomt. Onder leiding van het gemeentelijk hoofd van den Luchtbeschermingsdienst (de burgemeester) zou de week na de oprichting van de luchtbeschermingsdienst, met de leiders en manschappen worden vergaderd. In alle dorpen had de gemeenschapszin zich uitstekend doen kennen. Armplaatjes van andere onderdelen van de L.B.D. In maart 1939 was er onder leiding van de burgemeester een vergadering van de afdeling Barradeel belegd waar ook veldwachter De Jong van Minnertsga aanwezig was. Spreker van die avond was mr. Mijnlieff die met lichtbeelden vertelde over het nut en de noodzaak van de luchtbeschermingsdienst. Deze Mijnlieff was een jonge bevlogen ambtenaar van het Ministerie van Binnenlands Zaken die later de aanjager zou zijn om [...]

20 09, 2014

Voorbijgegane glorie van moderne varkensstal

2014-09-21T15:40:43+00:0020 september 2014|1 Reactie

In februari van dit jaar schreef Gerrit Bouma een artikel over de dorpspomp die ooit in Minnertsga heeft gestaan. Hierin vermelde hij ook dat hij een foto op de site van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed had gevonden. Nieuwsgierig ging ik vervolgens op deze site kijken of er ook foto’s op zouden staan die voor mij interessant waren. Oude varkensstal aan de Miedleane (aug. 2014)   Wie schets mijn verbazing dat ik elf oude foto’s tegenkwam van de varkensstal van mijn grootvader Dirk Gijsberts Boomsma. Deze stal staat aan de Miedleane tegenover huisnummer 19 en staat daar tegenwoordig nog steeds. De foto’s waren gemaakt in 1956 maar er stond bij dat de stal bij Miedleane 23 zou staan. Dat was het huisadres van mijn grootouders maar de stal staat tegenover het huis waar destijds Marten Gratema woonde. Dit is inmiddels gecorrigeerd op de website van de Rijksdienst. Later heeft mijn grootvader dit huis gekocht een woonde het gezin van zijn zoon Johannes D. Boomsma er. Tegenwoordig wordt het bewoond door de familie Dusselaar. Links het dak met rietmatten voor isolatie en het waterreservoir. Rechts op de voorgrond Marten Gratema en dan Dirk Gijsberts Boomsma. Ik was nogal verbaasd dat deze foto’s op de site van de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed stonden. Het is immers niet zo’n imposant gebouw en architectonisch al evenmin erg opvallend. Ik weet nog heel goed dat de stal werd gebouwd maar wist niet precies in welk jaar dat was en had geen idee waarom de foto’s waren gemaakt. Een bezoek aan mijn oom Johannes D. Boomsma leerde al snel dat de stal in 1954 was gebouwd door Bouwbedrijf T. Van der Zee uit Oosterbierum. Dit was een zogenoemde open Deense stal en gebouwd met behulp van subsidie van de overheid. Ook in die jaren werd er al subsidie aan bedrijven verstrekt. Een van de voorwaarden waaronder de subsidie werd verstekt was dat er metingen moesten worden verricht. Links, naast de deur het instrument voor metingen. Foto rechts een varkensbox met automatisch drinkbak. Zo moest dagelijks de luchtvochtigheid en de temperatuur worden bijgehouden. Het mesten van varkens was in die tijd in Minnertsga en omstreken zeker geen gemeengoed maar mijn grootvader teelde wel vaker producten die niet algemeen waren of die later ook door andere gardeniers werden verbouwd. Hij was vaak een voorloper en vakman met een goed financieel inzicht. Hoeveel scholieren hebben er niet zwarte bessen of aardbeien geplukt tijdens de vakanties in die tijd?  Bovendien was hij van mening dat hij te weinig land bezat en zocht naar andere bronnen van inkomsten. Het was in die tijd vrijwel onmogelijk om nog land te kopen en als er al iets beschikbaar kwam werd de prijs enorm opgedreven. Varkens gelden als intelligente dieren en wisten dus ook precies wanneer het tijd was dat zij werden gevoerd. Normaal was het rustig in de stal maar wanneer de klink van de buitendeur werd gelicht veranderde dat in een oorverdovend kabaal. Hoewel de [...]

12 09, 2014

Minnertsga op oude ansichtkaarten (deel 1)

2014-09-12T14:14:47+00:0012 september 2014|0 Reacties

Op Minnertsga vroeger op Facebook heeft Titia Lindeboom een foto geplaats die zij aantrof op de website van Oud Tzummarum. Het is een prachtige mooie foto van de Meinardswei die omstreeks 1938 is gemaakt. Pieter Steensma, ook een Facebook-vriend van Minnertsga vroeger, reageerde op die foto. Hij herinnerde zich nog dat het betonnen brugje over de vaart een houten voorganger heeft gehad. Dus heb ik even gezocht in de collectie ansichtkaarten om een exemplaar die vanuit vrijwel dezelfde positie is gemaakt, maar wel met een flink tijd verschil. De Meinardswei komt op oude ansichtkaarten ook voor als: Voorsteek, Lange straat, Dorpsstraat, Hoofdstraat en Voorstraat. In november 1953 stemde de gemeenteraad over de straatnamen in vroegere gemeente Barradeel. Barradeel was toen de eerste gemeente in Friesland waar alle straatnamen in het Fries op de straatnaamborden werd vermeld. Meinardswei verwijst naar het kerkgebouw welke vroeger de naam had van “Meijnardus kerke” genoemd naar de heilige St. Meijnardus. Wat zien we op de foto hieronder? Geheel rechts staat de bakkerij van Sjoerd Boersma die later is overgenomen door bakker Luutsen Jelsma. Daarnaast de steeg waar je vroeger binnendoor naar het Greidsje, het feestterrein, kon lopen. Dan het pand waar vroeger Tjessinga in woonde die achter deze woning een chicorei-drogerij had. Later was in dit pand de groente- en fruitwinkel van Abe en Margje Vogel gevestigd. Daarnaast, de woning met balkon, was vroeger de woning van twee op een volgende burgemeesters. Eerst woonde burgemeester Lutzen Wallis de Vries er die de woning ook heeft laten bouwen. Hij werd later opgevolgd door burgemeester Bauke Annema. Daarna is de Christelijke Kleuterschool er een aantal jaren in gevestigd geweest. In het pand daarnaast was een kruidenierswinkeltje gevestigd van Rintsje-Klas zoals zij in de volksmond werd genoemd. Rintje van Dijk en zijn vrouw Klaske Hijlkema hadden in 1931 de winkel overgenomen van Klaske haar ouders. Het hoge pand daarnaast is nu café – snackbar ’t Centrum, maar was vroeger de herenkleding zaak van de fa. Schotanus. Net achter het betonnen brugje het kleine pandje van kaper Nijholt en links daarvan het gebouw Café Vriendschap dat later het gebouw van de Vrije Evangelische Gemeente werd. En dan . . . . de foto hieronder die omstreeks 1900 is gemaakt, dus bijna 40 jaar eerder. Wat allereerst opvalt is de opslag van materiaal op de kade en een schip en een paar pramen in de havenkom. De eerste stapel materiaal op de kade is waarschijnlijk baksteen en de tweede stapel is lange turf. De kade heeft hier nog een houten rand. Op de foto hierboven is die rand van beton. Waarschijnlijk is dat in 1911 gebeurd bij herstelwerkzaamheden van de kade. Ten opzichte van de vorige foto, staat de bakkerij van Boersma en net niet op. Het eerste pand rechts op deze foto, is de woning van Jelle Cornelis Tjessinga die ook eigenaar was van het pand naast hem. Het zijn twee identieke panden, alleen de plaats van de voordeuren wijkt af. Jelle Cornelis had een dochter Neeltje die later [...]

23 08, 2014

Foto’s familie Posthumus (deel II)

2015-03-07T06:23:19+00:0023 augustus 2014|6 Reacties

Naar aanleiding van een eerder bericht over de familie Posthumus, kreeg ik van Age Posthumus nog een paar mooie familie foto’s. Die foto’s zijn gemaakt voor een dubbelde houten woning, een zogenaamde noodwoning. Deze noodwoningen stonden vroeger in Tzummarum, maar het schijnt dat er in Sexbierum ook van die woningen hebben gestaan. Voor zover ik weet hebben in Minnertsga nooit van die noodwoningen gestaan.   Namen van de kinderen zijn niet bekend Op 5 oktober 1920 besloot de gemeenteraad van Barradeel om een dubbele noodwoning in Tzummarum te laten bouwen. Waarschijnlijk was dit een gevolg van de invoering van de Woningwet in 1901 door het kabinet-Pierson. Het doel van de Woningwet was om bewoning van slechte en ongezonde woningen onmogelijk te maken en de bouw van goede woningen te bevorderen. Het was de eerste wet omtrent de volkshuisvesting in Nederland. Bij het uitvoeren van de Woningwet kregen de gemeenten aanvankelijk de vrije hand, maar na verloop van tijd dreigde de wet daarmee een dode letter te worden. Het aantal voorschriften van het rijk nam daarom in de loop van der tijd toe. Verschillende gemeentelijke verordeningen moesten aan de Gezondheidscommissie worden voorgelegd ter advies, en Provinciale Staten moest deze voor elke gemeente gaan goedkeuren. Noodwoning op de Kamp, Tzummarum hier de functie van 'Soos' Woningen die niet voldeden aan de vereisten van de Woningwet werden onbewoonbaar verklaard en later afgebroken. Wellicht dat hierdoor druk op de woningmarkt kwam te staan en er een gebrek ontstond aan woonruimte. Dat zal dan ook de reden zijn geweest dat er ook in de voormalige gemeente Barradeel van deze zogenaamde noodwoningen werden gebouwd. Eind jaren ’30 van de vorige eeuw was de woningnood waarschijnlijk sterk afgenomen want bij de begrotingsbehandeling in november 1938 van de gemeente, achtte de heer Wiersma dat het zo langzamerhand tijd werd om de houten noodwoningen op te ruimen omdat er een aantal plannen lagen voor nieuwbouw. De voorzitter van het college van burgemeester en wethouders meldde dat het op korte termijn niet mogelijk was om tot een oplossing te komen. De noodwoningen waren overigens ruime woningen die bijzonder geschikt waren voor grootte gezinnen. Het onderbrengen van grootte gezinnen is niet gemakkelijk, dus daar konden de noodwoningen wel voor gebruikt worden aldus de voorzitter. Jelte en Hendrikje Posthumus-Faber met de Rotterdamse grootouders van Age Posthumus (rechts) met zijn zusje en nichtje Het is bekend dat op De Kamp in Tzummarum een dubbele noodwoning heeft gestaan. Daarvan zijn tekeningen en foto’s bewaard gebleven. Maar uit informatie uit de volksmond kunnen oudere bewoners zich herinneren dat aan de Hearewei, net buiten het dorp, ook een dubbele noodwoning heeft gestaan. Op 29 december 1940 brak er brand uit in een voormalige noodwoning. Die woning had toen de functie van werklozengebouw van de Landarbeidersbond, in de volksmond soos. Omstreeks middernacht bemerkten omwonenden dat er brand woedde in het gebouw. De oorzaak van de brand was waarschijnlijk rondspattende vonken uit de kachel. Men was er op tijd bij want met [...]

Ga naar de bovenkant