13 05, 2018

De Afscheiding van 1834 in Minnertsga (deel I)

2018-08-10T09:47:11+00:0013 mei, 2018|0 Reacties

De 19e eeuw was in de Nederlandse kerkgeschiedenis een roerige periode. Op 14 oktober 1834 vond in Ulrum (Gr.) de Afscheiding van het hervormde genootschap plaats onder leiding van ds. H. de Cock (1801-1842), hervormd predikant aldaar. Hij en zijn kerkelijke gemeente tekenden de Acte van Afscheiding of Wedekeer, waarin ze verklaarden met de hervormde kerk te breken, ‘totdat deze terugkeert tot de waarachtige dienst des Heeren’. Behalve de Ulrumse gemeente verlieten ook vele duizenden gelovigen elders in Nederland de ‘Nederlandsche Hervormde Kerk’. Dat gebeurde ook in Minnertsga. De geschiedenis van Minnertsgaaster Afscheiding is door Dr. J. Wesseling beschreven in het boek: De Afscheiding van Friesland 1834 in Friesland. De uitgever van het boek heeft toestemming verleend om het deel uit het boek dat op Minnertsga betrekking heeft, op deze website te publiceren met de vrijheid de tekst aan te vullen met beeldmateriaal en aanvullende (detail)informatie. Deze aanvullende informatie staat tussen rechte haakjes [ . . .]. Onderstaand deel I.   Minnertsga telde omstreeks 1835 zo'n 1000 inwoners die bijna allen tot de Hervormde kerk behoorden. Het was evenals Sexbierum een betrekkelijk groot landbouwdorp, gelegen in Barradeel, op de vette kleigronden, niet ver van de zeedijk langs de Wadden. De forse toren van de oude Hervormde kerk op de terp domineerde tot ver in de omtrek. Hij doet dit trouwens nog. In Minnertsga stond toen ds. G. Outhuys, een man met een vredelievend gemoed, die in zijn vrije tijd dichter was en graag de Oosterse talen bestudeerde (o.a. Hebreeuws, Aramees en Arabisch). Hij heeft nog met Bilderdijk hierover gecorrespondeerd. Toen hij begin 1835 stierf – 61 jaar oud - had hij 22 jaar de gemeente van Minnertsga gediend. Zijn opvolger werd kandidaat M. L. de Boer, die de ideeën van de Groninger richting aanhing en dus niet meer gereformeerd genoemd kon worden. Of allen in Minnertsga zich met de prediking van ds. Outhu Detail grafzerk ds. Outhuijs (noordzijde kerk Minnertsga) ys konden verenigen, valt sterk te betwijfelen. Zeker is, dat daar omstreeks 1830 oefeningen werden gehouden. Het blijkt uit een bericht van de hervormde kerkeraad van Minnertsga in september 1830 aan het classicaal bestuur van Harlingen gezonden, waarin verzekerd wordt, dat er geen godsdienstoefeningen meer gehouden werden door personen, die daartoe niet gerechtigd waren. Dit was dus wel het geval geweest. Ook is bekend, dat omstreeks 1832 Sjoerd C. Kattje, verwer van beroep, als oefenaar in Minnertsga optrad en een groep om zich heen had verzameld, wat bij vele oefenaars in Friesland en elders in het land óók het geval was. Kattje zou zich een paar jaar later bij de Afgescheidenen voegen, die nog genoeg met hem te stellen kregen. Tot de geliefde lectuur van de bezoekers van de oefeningen behoorden de stichtelijke werken van de oude schrijvers, die in bevindelijke trant de Waarheid brachten en daarom groot gezag onder het eenvoudige volk genoten. We noemen hier alleen maar de geschriften van Wilhelmus à Brakel, Alexander Comrie, Theodorus van der Groe Sjoerd Kattje woonde links in het Lees meer

29 10, 2017

Bekeerde jood op kansel Christelijke Afgescheiden Gemeente

2017-10-29T13:48:17+00:0029 oktober, 2017|0 Reacties

Op deze website staat nu ook een tijdlijn Kerk & geloof. Naar aanleiding daarvan attendeerde Auke Ykema, secretaris van de Oudheidkundige Vereniging Barradeel, mij op een artikel uit de Leydse Courant van augustus 1854 dat over een trieste gebeurtenis ging in het gezin van ds. Flesch. Dat domineesgezin woonde van april tot en met september 1854 Minnertsga. Auke stuurde ook een afbeelding mee van deze dominee en via Google had hij al gezien het leven van deze man een veelbewogen leven was. Wie was deze ds. Flesch? In Minnertsga stond al sinds 1812 ds. Outhuys als predikant van de Hervormde Kerk. Van hem is bekend dat hij rechtzinnig was. Hij mocht Willem Bilderdijk, geschied- en taalkundige, dichter en advocaat tot zijn vriendenkring rekenen met wie hij ook correspondeerde. Ook was hij een vredelievend man. Ieder jaar, 23 jaar lang, heeft hij volgens de kerkeraadsnotulen verslag gedaan van de huisbezoeken met dezelfde woorden: “Er waren in de gemeente geen ergernissen; liefde en eendracht heerste onder de broederen”. Wellicht mag worden betwijfeld of dat laatste altijd het geval is geweest, want het is vrijwel zeker dat sommigen van zijn gemeenteleden hem toch niet ‘zwaar’ genoeg vonden. Die hielden huissamenkomsten, waarin Sjoerd Cornelis Kattje, ook een gemeentelid van ds. Outhuys en huisschilder van beroep, al vanaf 1830 regelmatig als ‘oefenaar’ optrad. Dat heeft er uiteindelijk toe geleid dat op 1 december 1835 een aantal gemeenteleden de Hervormde kerkgemeenschap verlieten en overgingen naar de Christelijke Afgescheiden gemeente. Dominee Outhuys was in januari van dat jaar overleden en heeft dus de afscheiding niet meer meegemaakt. Ds. S.M. Flesch Na het vertrek van ds. W.J. Schuringa (januari 1843 - februari 1844) van de Christelijk Afgescheiden Gemeente, is de kerkgemeenschap jarenlang vacant geweest. Zelf het Avondmaal werd lange tijd niet gevierd. Pas in januari 1854 beriep de kerkelijke gemeente de bekeerde jood ds. Salomon Mozes Flesch. Ds. Flesch zijn standplaats was Edam waar hij toen al een zeer bewogen kerkelijk verleden had. Volgens de auteur dr. J.J. Bouman, die over het turbulente leven van ds. Flesch heeft geschreven, is Jan Frederik Akkerboom, winkelier in Edam, de aanleiding geweest dat ds. Flesch door de kerkgemeenschap in Minnertsga zou worden beroepen. Auteur Bouman legt de link met het feit dat Akkerboom getrouwd was met Trijntje Wijnalda die volgens hem afkomstig was van Minnertsga, maar dat is niet juist. Trijntje is geboren in Harlingen en woonde daar ook toen zij trouwde. Binnen de Afgescheiden kerkgemeenschap in Minnertsga waren wel Wijnalda’s actief, maar een directe familierelatie met Trijntje Wijnalda heb ik nog niet kunnen ontdekken, hoewel, de Minnertsgaasters Wijnalda’s komen van oorsprong wel uit Harlingen. Om precies te zijn was de kerkeraad op 15 januari 1854 in vergadering bijeen toen overwogen werd ds. Flesch te beroepen. In die vergadering was ook Jan Obbes Wijnalda aanwezig die in Harlingen geboren was. Mogelijk dat die familie was van Trijntje Wijnalda en dat de link was tussen Minnertsga en Edam. Ds. S.M. Flesch en echtgenote Sara Izaäk de Jongh Op Lees meer

Ga naar de bovenkant