30 10, 2024

Dorpskrant een halve eeuw jong!

2024-10-30T09:41:07+00:0030 oktober 2024|Reacties uitgeschakeld voor Dorpskrant een halve eeuw jong!

Het is dit jaar vijftig jaar geleden dat de eerste gestencilde dorpskrant in mei 1974 verscheen. Sinds het uitkomen van nummer 1 van jaargang 1 ruim vijftig jaar geleden, is er heel wat veranderd in het dorp. Een mooi moment om even bij stil te staan en het tijdperk van Nijs út eigen doarp de revue te laten passeren. Het initiatief om een dorpskrant in het leven te roepen kwam van het bestuur van de Vereniging Plaatselijk Belang Minnertsga e.o., nadat het gemeenteblad “Barradiel Meiinoar Ien” ter ziele was gegaan. De voorbereidingen bestonden uit het vormen van een redactie, het benaderen van verenigingen, medewerkers voor het maken van de dorpskrant en de middenstand om te adverteren en daarmee de drukkosten te dekken. De naam Nijs út eigen doarp is in die vijftig jaar nooit veranderd. Het blad kwam tot 2017 zes keer per jaar uit. Daarna vijf keer. Om te laten zien wat er allemaal is veranderd in Minertsga qua middenstand in die vijftig  jaar, noem ik de adverteerders in de uitgave van mei 1974:Bouwbedrijf Bloembergen, Woninginrichting Bosma en Zn., Rijwiel en Bromfietsen J. Reitsma, Slagerij M.K. Bonnema, Bakkerij P.A. Plat, Smederij Foppe Post, Autorijschool J. Haarsma, Schildersbedrijf Fa. O. Terpstra en Zn, Café J.J. Dijkstra, Haarsma’s Sigarenmagazijn, Vivo J. Bloem, Sigarenmagazijn-speciaalzaak sinds 1924 G. Jensma, Zuivelhandel Sj. Wiersma en Zn., Woninginrichting en 4=6 R.R. Post, Autobedrijf Swierstra, Groothandel Fa. S. Holwerda en Zn., Verzekeringen  C. Snijder, Kledingzaak Fa. Chr. Schotanus, Loonbedrijf A.J. Joostema, Zaaihandel Firma P.K. Hamer, Bakkerij F. Feenstra, Loonbedrijf Bekius, SRV-zuivelservice J. Stallinga, Van Dijk’s Bazaar, Levensmiddelen A. Meersma, VéGé D. Kuipers, Verzekeringen J. De Schiffart, Groentehandel Abe Vogel, Transport Joostema en Wijngaarden, Kraanbedrijf Cor Nagel, Elektrobedrijf Firma Kerlien-Hengst, Garagebedrijf Kerlien, Loon- en Sproeibedrijf H. A. Joostema, Rabobank. De bedrijven, die in 1974 in het blad adverteerden en in 2024 nog, zijn: Handel- en transportbedrijf Fa. Holwerda en Zoon, Loonbedrijf Joostema en Loonbedrijf Bekius. De redactieleden van het eerste uur waren: Jetze Wiersma (Collot d’Escurystrjitte 5), Bindert de Jong (Ferniawei 1a), N.A. van der Kolk (Sixma van Andlawei 25) en Alfred (Fred) Brandsma (Collot d’Escurystrjitte 34). In het eerste nummer gingen bepaalde zaken niet helemaal goed zodat in het tweede nummer werd beschreven, wat de taken van de redactieleden waren. De Jong had als taak het verzamelen van de kopij; Wiersma stond voor de opmaak, afwerking en verslag gemeenteraad. De organisatie van het bindwerk was voor Van der Kolk en Brandsma deed later de Burgelijke Stand. In 1975 kwam G. Terpstra-Lemstra van de Kamp 8 de redactie versterken. Verdere verloop redaktie per tien jaar: 1980: W. Miedema-Greydanus, Jetze Wiersma, Bindert de Jong, Fred Brandsma, S. Lautenbach. Typewerk de dames D. Sijbesma-Oberman en J. Joostema-de Poel. 1990: Jetze Wiersma, Fred Brandsma, Wies Miedema-Greydanus, Doetje Sijbesma-Oberman, Adrie Weiland. Typewerk: Sjoke Miedema-Meijer en Aly de Schiffart. 2000: Jetze Wiersma, Fred Brandsma, Wies Miedema-Greydanus, Adrie Weiland, Tjip Lolkema en Cor Jensma. 2010: Betty Groeneveld, Klaske Hibma, Tjip Lolkema, Gerard Wagenaar, Jantsje Posthumus, Coy Haga. 2020: Janneke Faber-van der Weg, [...]

3 02, 2024

Wandeling door het dorp omstreeks 1920

2024-02-03T09:33:52+00:003 februari 2024|0 Reacties

Pieter Hendrik (1910-1999) was een zoon van bakker Jan Brouwer en Jantje van Mourik die hun bakkerij hadden aan de Tsjillen. Pieter heeft ooit zijn herinneringen aan Minnertsga op papier gezet in de vorm van een wandeling door het dorp. Die geschreven documenten staan op deze website maar zijn door Dooitze Zwart uitgeschreven in onderstaand verhaal dat op Moaie Peal begint. Hier en daar staat tussen [ ] een verduidelijking. Mooie Paal. Tramstation: restauratiehouder – tevens ploegbaas – van der Zee. De familie Van der Zee had één zoon, die in de jaren ‘20 emigreerde naar Amerika. Dirkjeburen: Op de stjelp voor Dirkjeburen heeft Sierk Boersma en later Vis gewoond. Dochter heette Aukje, later geëmigreerd naar Australië. In de woningen van Dirkjeburen woonden de familie’s Zuidema (zoon Berend), familie Foppe de Vries en Willem Hager. Huizen naar Mooie Paal: Willem Hoogerhuis (later Ruurd Douma), Andries Miedema (gistkoopman) en Jelte, ik meen Jeltema, zijn vrouw heette Aagje. De huizen tegenover zijn van latere datum, behalve de boerderij van ….. Lytse Buorren: vroeger stond er een grote vierkante houten pomp tegenover de woning van rietdekker Jan Tolsma, hiernaast woonde Sake Pilger (koster van de Ned. Hervormde kerk), dan Jelle R. Terpstra, vrachtrijder Kees Wijngaarden, later Wiebe Westerhuis, werkzaam bij gemeentereiniging en Sikkema, J. Groeneveld en Anne Vogel. Aan de andere kant Herke Meersma (vrouw Nieske en zoon Piet), later Hein Stellingwerf. In de smederij woonde voor 1917 Ate Pijper, daarna J. Th. Brouwer. De smederij werd verhuurd aan Johannes en Tjitte Dijkstra; later aan de gebroeders verkocht. Aan het straatje [ rijtje woningen naast het erf van de smederij ] woonden Piet Lolles (dorpsomroeper). Ruurd en Hein Stellingwerf en de kedde van de melkwagen. Op de hoek de Christelijke school, later verenigingsgebouw en daarna Bierma. Op de hoek van Aaltje Moai’s [ latere Tsjerkestrjitte ] reed woonde vroeger Bauke Schaaf (zoon heette Jan), later Sj. Vogel. In café Van der Leij heeft eerst Aize de Roos en daarna Janus Mooiweer gestaan [ hoek Meinardswei – Stasjonstrjitte ]. Naast het café weduwe Van der Schaaf (ik meen de moeder van Age van der Schaaf), later garage. Dan Pabe Bruinsma (bakker), verder schilder Siemen de Haan. In het pand, waar weduwe Van Dijk [ Van Dijks Bazar ] woont, heeft, als ik me niet vergis, Kees Mulder ??, zonen Johannes en Piet , daarna weduwe Tuinhof, zoon Piet, gewoond. Dan bakker van Zanen. Daarnaast het winkeltje van Jan Hessel Miedema, de ouders van Andries, Johannes en Betsie. Naast Miedema was een steeg. Daar had Glazema (geen familie van L. Glazema) een schildersbedrijf. Verder Arjen van der Wer..  en Klaas de Valk met dochter Richtje. Vlak voor [ de winkel van de firma ] Chr. Schotanus woonde vrouw Haaima, later café. Naast Schotanus woonde Kees Sikkema, zijn vrouw A. Sikkema-van Reenen en dochter Janke.  Familie Sikkema is verhuisd naar … ? en werd het pand bewoond door Wouter Hielkema, turfschipper en kruidenierswinkeltje. Dan burgemeestershuis, eerst [...]

15 11, 2023

Familie Collot d’Escury in Barradeel

2023-11-15T08:26:55+00:0015 november 2023|0 Reacties

In Minnertsga is de Collot d’ Escurystrjitte en in Pietersbierum (officieel Sexbierum) is Walburgastate, gebouwd door de familie Collot d’ Escury. Deze familie leverde een grietman en later een burgemeester van Barradeel. In de Nieuwsbrief van Ald-Barradiel van maart 2023 lazen we de historie over Pietersbierum en ook over het huis van de Collots, dat later het gemeentehuis zou worden. In dat artikel wordt de familie Collot ook opgevoerd. Wie was deze familie die zo’n stempel op Barradeel wist te drukken? Klein Hermana state bij Minnertsga De familienaam is bepaald niet Fries, maar zoals men wel raden kan: Frans. In 1650 werd André Collot d’ Escury door koning Lodewijk XIV (De Zonnekoning) in de adelstand verheven. De grootvader van André was de eerste die van de familie in bronnen voorkomt, dat was David Collot. Hij wordt genoemd in 1562, nog wel als slachtoffer bij het bloedbad van Wassy-sur-Blaise. De Franse protestanten, Hugenoten genoemd, werden meer en meer vervolgd. Deze aanslag op een kerkdienst met meer dan 700 mensen was een dieptepunt. De katholieke Hertog van Guise met zijn manschappen wilden de dienst verstoren en de hertog werd geraakt door een zware steen waarop zijn mannen het vuur openden. Er kwamen 70 mensen om, waaronder Collot. Het zou het begin worden van een burgeroorlog: de Hugenotenoorlogen. David Collot (overleden 1612) en zijn zoon André werden Heer van Escury in Picardië. Zo ontstond de naam. In 1685 werd het Edict van Nantes uitgeroepen, waarbij het verbod op de protestantse kerk werd uitgevaardigd. De Hugenoten moesten of katholiek worden, of  vluchten. De meeste weken uit naar het buitenland, vooral naar de Nederlanden. Zo kwam de familie Collot d’ Escury als Hugenotenfamilie naar ons land. André was al 75 was toen hij zich vestigde in Nijmegen waar hij een jaar later stierf. Zijn zoon Daniël vluchtte eerst naar Bazel en later ook naar Nijmegen. Hij kwam in dienst van stadhouder-koning Willem III en werd zelfs majoor in Britse dienst. Hij stierf in Dublin in 1714. De zoon van deze Daniël, Henri Collot d’ Escury kwam in Friesland terecht! Hij volgde een militaire carrière en kwam als stalmeester aan het hof van de Friese Nassaus. Dat was in 1732 bij stadhouder Willem Carel Hendrik Friso, later stadhouder Willem IV der Nederlanden. Het ging goed met de Collots, want Henri’s zoon werd zelfs burgemeester van Gorinchem. Kennelijk was hij financieel goed onderlegd, want hij werd lid van diverse Rekenkamers. Wat opvalt is dat de familie inmiddels goed gesetteld was, want ze trouwden met leden van de Nederlandse adel. Er waren diverse verbindingen met andere families van Franse afkomst, zoals met de familie Du Tour. In 1816 werd de familie officieel ingelijfd bij de Nederlandse adel met de titel baron. Ze wisten zich in het begin van de negentiende eeuw aardig uit te breiden met enkele takken. Hendrik baron Collot d’Escury (1773-1845) werd jarenlang lid van de Tweede Kamer en zelfs voorzitter van de Tweede Kamer.  Met hem komt weer een Friese link tot stand, [...]

23 07, 2023

De verdwenen korenmolen van Minnertsga

2023-07-23T10:13:30+00:0023 juli 2023|Reacties uitgeschakeld voor De verdwenen korenmolen van Minnertsga

In de loop der jaren heb ik veel documentatiemateriaal verzameld over de historie van het dorp van mijn jeugd. Een van die knipsels heeft bovenstaande titel en is geschreven door een zeker J.G. de Boer uit St. Jacobiparochie. Op het knipsel staat met pen geschreven: De mol 28-1-1969.  Waarschijnlijk komt het artikel uit een molenblad. Hierna volgt het artikel van de schrijver uit St. Jacobiparochie. De reeds jaren verdwenen korenmolen van Minnertsga, was afkomstig uit Leeuwarden. De overplaatsing geschiedde toen Minnertsga zonder molen was komen te zitten omdat de voorganger tijdens een onweer door de bliksem was getroffen en afgebrand. Eén der molenaars die de molen hebben bemalen, heette Koning. Hij richtte de molen destijds in als pelmolen hetgeen voor die tijd zeker heel vooruitstrevend was. Werd de gort vroeger meestal los verkocht, molenaar Koning leverde ze ook verpakt, in papieren zakjes van een halve of hele kilo. Toen ik in de dertiger jaren een in de molen kwam stond er nog altijd een paktafel met enige gele papieren zakjes waarop gedrukt stond: “Koning’s gort”.  Die waren nog van het begin van deze eeuw, in elk geval van vóór 1910 want in dat jaar had de molen weer een andere eigenaar, een zeker Knol. Dat was in mijn jeugdjaren. Knol is op de molen oud geworden, maar met hem ook de molen., want de zaak verliep en de molen kwam in verval. Lange tijd heeft de molen met één roede gestaan. Toch is hij later weer opgeknapt en is er nog weer graan mee gemalen. Dat was in de jaren na 1930 toen de graanprijzen abnormaal laag waren. Op de gemengde bedrijven werd bij ons toen veel van het verbouwde graan aan het vee gevoerd. De molen werd toen gehuurd door Sied Hogerhuis [red: Sijds], een molenaarsknecht. Hij liet een gebruikte roede komen van een molen uit Marrum (Fr.) waarop hij ook knecht was geweest. De roede die zelfzwichting had, miste nogal wat kleppen, maar ja, Hogerhuis zat ook niet al te ruim bij kas en dan valt het niet mee om een molen, die al afgetakeld is, weer helemaal in orde te brengen. Franeker courant 7 aug. 1898 Mechiel Derks Knol met waarschijnlijk zijn huishoudster Franeker courant 20 juli 1905 Sijds Hogerhuis (r) en Cornelis (Kees) Piebes Rosendal. In de eerste jaren dat ik boer was, heb ik nog al veel graan op deze molen laten malen. Ik herinner me nog, dat ik voor een goed houdbare haver niet meer dan zes cent per kilo kon krijgen! We hebben he top de zolder gebracht en het is allemaal tussen de stenen doorgegaan en door de koeienmaag! In die tijd waren we blij als het jaar voorbij was en we onze kost hadden. ’t Was op een keer dat Hogerhuis mijn meel bracht en zei: “Nu heb ik deze week iets vreemds beleefd”. Wat was het geval? Toen [...]

24 04, 2023

Leidekker Fredericus Tangerman (1735-1784) en het trotseerloodje

2023-04-24T08:22:03+00:0024 april 2023|Reacties uitgeschakeld voor Leidekker Fredericus Tangerman (1735-1784) en het trotseerloodje

Op de laatste dag van de expositie vorig jaar oktober over de kerkbrand van 1947, kwam Anne Reitsma bij mij en liet mij een loden plaatje zien met de initialen F T en het jaartal 1772. Ik was stom verbaasd! Zou dit het bewuste relict zijn waar ik al jaren voor iemand naar op zoek ben. Anne vertelde dat hij het plaatje ooit van zijn ‘pake’ heeft gekregen met de boodschap: “bewarje it goed en jouw it nea út’. Achterop het plaatsje heeft pake Anne Gaukes Reitsma (1897-1978) met een scherp voorwerp gegraveerd: A. Reitsma Hervormde kerk afgebrand 3 juni 1947. Nadat ik mijn verhaal had verteld over de zoekopdracht die ik jaren geleden had gekregen, mocht ik het loden plaatje van Anne meenemen om het te laten zien aan mijn opdrachtgever. Zoektocht Jaren geleden maakte ik deel uit van een werkgroep van de Fryske Akademy waar ik met Meindert Tangerman in contact kwam, die toen in Veenwouden woonde. We raakten aan de praat en hij vertelde over een voorvader van hem die vroeger leidekker is geweest. Die voorvader zou in 1772 ook aan het dak van de kerk in Minnertsga hebben gewerkt. In het boekje Om toer en tsjerke, dat uitgegeven is in het kader van de herbouw van de kerk, schrijft de auteur ds. Wumkes: ‘De karakeristike leaden plaetsjes, dy’t men nei de brân yn ’t pun fine koe, mei de laidekkershammer, de initialen F. T. en 1772 d’r op, dogge útwizing fan ’t wurk dat F. Tangerman makke hat’. Met dat gegeven had Meindert voor ogen dat de leihamer van zijn voorouder gevonden was en bewaard is gebleven. Navraag bij de kerkrentemeesters leverde in al die jaren niets op, totdat Anne op de laatste dag van de expositie kwam aanzetten met een loden plaatje met daarop de initialen en een afbeelding van de leihamer. Kort na de expositie heb ik Meindert Tangerman verteld over het bewuste loden plaatje. We kwamen tot de conclusie dat je de zin van ds. Wumkes ook anders kon lezen dat er geen sprake was van een losse leihamer, maar dat die op het loden plaatje stond afgedrukt. Meteen heb ik hem een foto van het plaatje toegestuurd en hebben we een afspraak gemaakt dat hij met eigen ogen het plaatje kon bewonderen en vasthouden. Wie was de leidekker Fredericus Tangerman? Fredericus is geboren in 1735 in de stad Groningen. Hij was een zoon van de apotheker Godfried Wilhelmus Tangerman en Gesina Hypools Fredericus. Op 30 jarige leeftijd is Fredericus op 29 december 1765 in de Grote kerk in Harlingen getrouwd met de 29-jarige Trijntje Sipkes IJbrandi. Uit het huwelijk zijn vier kinderen geboren: Willem in 1767, Gertje in 1768, Sipke in 1771, die slechts 3 jaar oud is geworden. In 1774 is er nog een Sipke geboren. Moeder Trijntje Sipkes IJbrandi is in 1779 in Harlingen overleden. Fredericus trouwde voor de twee keer in 1780, i n de Grote kerk in Harlingen, [...]

Ga naar de bovenkant