5 11, 2017

In de hof van meester Casper Wetterauw

2017-11-11T13:23:21+00:005 november, 2017|0 Reacties

In het verhaal over ds. Flesch, de beheerde jood die in Minnertsga voorganger van Christelijke Afgescheiden gemeente was, ging het ook over het familiedrama op zondag 23 juni 1854. Drie kinderen van ds. Flesch kregen die avond vergiftigingsverschijnselen waardoor twee kinderen kort na  elkaar overleden en de andere ter nauwer nood aan de dood kon ontsnappen. Het familiedrama kwam in de kranten te staan. De Leydse courant van 2 augustus 1854 schreef het volgende: ‘Een drietal kinderen van den Heer Flesch te Minnertsga werden in den nacht van Zondag op Maandag hevig ongesteld, zoodat de geneesheer, die geroepen werd, verklaarde, dat zij blijkbaar iets vergiftigst moesten hebben genuttigd, waarvan niemand echter eenige verklaring wist te geven. De ongesteldheid nam zoodanig toe, dat reeds den volgende morgen twee van hen, een jongentje van 7, en een van 14 jaren oud, onder hevigste smarten bezweken; het derde broertje geraakte gelukkig aan het braken, en verkreeg daarna eenige bewustheid terug, zoodat men uit de uitgeworpene zelfstandigheden en uit verklaring des knaaps de oorzaak gewaar werd: en deze was, dat de kinderen Zondag middag in den tuin des onderwijzers de vrucht van een aldaar zich bevindend zoogenaamd peperboomje hadden genuttigd.’ De drie kinderen waar het hier over gaat waren: Johannes Salomons, Mozes Salomons en Joshua. In tegenstelling wat de krant meldde, zijn de 7-jarige Johannes en de 14-jarige Mozes niet in den nacht van zondag op maandag overleden, maar nog diezelfde zondagavond. Johannes overleed ‘des avonds ten ruim acht ure’ en Mozes overleed ‘des avonds negen ure’, zo vermelden de overlijdensakten. De beide kinderen zijn op vrijdag de 28e  in één graf begraven op het kerkhof van Minnertsga op rij 71 nummer 7. Detail kadastrale kaart 1832 Wie was die onderwijzer? In die tijd wat Casper Klazes Wetterauw dé (hoofd)onderwijzer van Minnertsga. Hij is in 1803 aangesteld en in 1808 zaten er ongeveer 60 leerlingen op zijn school. Die school stond op de plaatst waar nu de ‘Ald skoalle’ staat. Op het kadastrale kaartje is te zien dat het schoolhuis ten zuiden van de school stond, want het nummer 464 was de school en nummer 465a was het schoolhuis. De school werd vroeger door de kerk gefinancierd en het schoolgebouw en schoolhuis waren dan ook eigendom van de Kerkvoogdij van Minnertsga. Het schoolonderwijs was toen nog niet gescheiden in openbaar onderwijs en bijzonder (christelijk) onderwijs. Nee, er was toen alleen onderwijs op christelijke basis. Vandaar dat meester Wetterauw, naast het geven van onderwijs, ook de rol van voorzanger had in de kerk. Hij was een persoon van aanzien in het dorp. Hij heeft veel Minnertsgaasters geholpen bij moeilijke (administratieve)zaken zoals assisteren bij de gang naar de notaris voor een testament, aan- of verkoop van onroerend goed en dergelijke. Waar stond het peperboomje? Meester Wetterauw woonde in het schoolhuis dat toen aan de rand van het dorp stond, want de huizen op de kadastrale kaart aan de noord- en zuidzijde van de kerk waren de laatsten van de dorpskern. Het vak op de Lees meer

29 10, 2017

Bekeerde jood op kansel Christelijke Afgescheiden Gemeente

2017-10-29T13:48:17+00:0029 oktober, 2017|0 Reacties

Op deze website staat nu ook een tijdlijn Kerk & geloof. Naar aanleiding daarvan attendeerde Auke Ykema, secretaris van de Oudheidkundige Vereniging Barradeel, mij op een artikel uit de Leydse Courant van augustus 1854 dat over een trieste gebeurtenis ging in het gezin van ds. Flesch. Dat domineesgezin woonde van april tot en met september 1854 Minnertsga. Auke stuurde ook een afbeelding mee van deze dominee en via Google had hij al gezien het leven van deze man een veelbewogen leven was. Wie was deze ds. Flesch? In Minnertsga stond al sinds 1812 ds. Outhuys als predikant van de Hervormde Kerk. Van hem is bekend dat hij rechtzinnig was. Hij mocht Willem Bilderdijk, geschied- en taalkundige, dichter en advocaat tot zijn vriendenkring rekenen met wie hij ook correspondeerde. Ook was hij een vredelievend man. Ieder jaar, 23 jaar lang, heeft hij volgens de kerkeraadsnotulen verslag gedaan van de huisbezoeken met dezelfde woorden: “Er waren in de gemeente geen ergernissen; liefde en eendracht heerste onder de broederen”. Wellicht mag worden betwijfeld of dat laatste altijd het geval is geweest, want het is vrijwel zeker dat sommigen van zijn gemeenteleden hem toch niet ‘zwaar’ genoeg vonden. Die hielden huissamenkomsten, waarin Sjoerd Cornelis Kattje, ook een gemeentelid van ds. Outhuys en huisschilder van beroep, al vanaf 1830 regelmatig als ‘oefenaar’ optrad. Dat heeft er uiteindelijk toe geleid dat op 1 december 1835 een aantal gemeenteleden de Hervormde kerkgemeenschap verlieten en overgingen naar de Christelijke Afgescheiden gemeente. Dominee Outhuys was in januari van dat jaar overleden en heeft dus de afscheiding niet meer meegemaakt. Ds. S.M. Flesch Na het vertrek van ds. W.J. Schuringa (januari 1843 - februari 1844) van de Christelijk Afgescheiden Gemeente, is de kerkgemeenschap jarenlang vacant geweest. Zelf het Avondmaal werd lange tijd niet gevierd. Pas in januari 1854 beriep de kerkelijke gemeente de bekeerde jood ds. Salomon Mozes Flesch. Ds. Flesch zijn standplaats was Edam waar hij toen al een zeer bewogen kerkelijk verleden had. Volgens de auteur dr. J.J. Bouman, die over het turbulente leven van ds. Flesch heeft geschreven, is Jan Frederik Akkerboom, winkelier in Edam, de aanleiding geweest dat ds. Flesch door de kerkgemeenschap in Minnertsga zou worden beroepen. Auteur Bouman legt de link met het feit dat Akkerboom getrouwd was met Trijntje Wijnalda die volgens hem afkomstig was van Minnertsga, maar dat is niet juist. Trijntje is geboren in Harlingen en woonde daar ook toen zij trouwde. Binnen de Afgescheiden kerkgemeenschap in Minnertsga waren wel Wijnalda’s actief, maar een directe familierelatie met Trijntje Wijnalda heb ik nog niet kunnen ontdekken, hoewel, de Minnertsgaasters Wijnalda’s komen van oorsprong wel uit Harlingen. Om precies te zijn was de kerkeraad op 15 januari 1854 in vergadering bijeen toen overwogen werd ds. Flesch te beroepen. In die vergadering was ook Jan Obbes Wijnalda aanwezig die in Harlingen geboren was. Mogelijk dat die familie was van Trijntje Wijnalda en dat de link was tussen Minnertsga en Edam. Ds. S.M. Flesch en echtgenote Sara Izaäk de Jongh Op Lees meer

Ga naar de bovenkant