18 04, 2014

Oorlogsherinneringen van Pieter Steensma (deel III)

2014-04-18T08:59:18+00:0018 april, 2014|0 Reacties

Pieter Steensma heeft herinneringen uit zijn jeugd, tijdens en na de WOII, aan het 'digitale papier' toe vertrouwd met de bedoeling deze te publiceren op de website Minnertsga vroeger. Pieter heeft zijn jeugd doorgebracht in Minnertsga en woont nu in Westerhaar-Vriezenveensewijk en is een zoon van Lolle Steensma en Geesje Bos. Voorafgaand aan Pieter zijn herinneringen had hij mij al meerdere berichten gestuurd met foto's en zijn aantekeningen er bij. Ook die krijgen nog een plaats op deze website. Maar in de aanloop naar 4 en 5 mei lijkt het mij passend om eerst zijn jeugdherinneringen over de WOII hier te plaatsen. Hierna het derde deel van Pieter zijn herinneringen. Kinderen vragen eten - Bron: http://www.Verzetsmuseum.org Alles werd schaars schreef ik al eerder. Dat merkten we in 1944 des te sterker. Toch hebben wij nooit echt honger gehad zoals in het westen van het land. Niet voor niets wordt de winter van 1944 nog altijd de hongerwinter genoemd. We merkten dat ook omdat veel kinderen uit de grote steden in het westen naar Friesland werden gebracht om aan te sterken en ook omdat mensen uit die streken op de één of andere manier naar Friesland kwamen om te proberen voedsel te kopen of te ruilen. Ze werden zo goed mogelijk geholpen en natuurlijk, zoals het zo vaak gaat, waren er ook mensen die zich hierdoor probeerden te verrijken door hoge prijzen te vragen of door ruilen aan kostbare sieraden te komen. De “zwarthandelaars”. De meesten echter hielpen waar ze konden. Zo herinner ik me dat er op een dag mensen kwamen uit Voorburg. Ze kwamen op een oude bakfiets, dwars door Zuid- en Noord-Holland, over de Afsluitdijk, wonder boven wonder langs de Duitse wachtposten en uiteindelijk kwamen ze in Minnertsga terecht. Een echtpaar met een jongen van een jaar of 14 of 15. Hoe precies weet ik niet maar de jongen kwam bij ons terecht. Kreeg een paar nachten een slaapplekje op zolder en at bij ons. Overdag gingen ze langs boeren en gardeniers om eten te pakken te krijgen. Na een maaltijd weet ik nog dat de jongen met zijn vingers elk aardappelkruimeltje oppikte van het tafelkleed tot mijn moeder zei: "Toe jo, neem nog maar wat er zijn nog aardappels". Hij antwoordde: "Maar dit kan niet weg". Moeder zei: "Maar de vogeltjes moeten ook wat, neem nog maar een paar aardappels". Hij vond het maar zo zo dat het tafelkleed buiten werd uitgeschud. Als je dan ziet en in de krant leest wat er tegenwoordig aan eten wordt weggegooid dan denk je daar wel eens aan terug. Misschien dat ouderen die daar schande van spreken wat beter worden begrepen als men dit leest. Als we in onze jeugd van iemand eens een paar radijsjes of een worteltje kregen was dat een traktatie. We hadden in Friesland in de dorpen het geluk dat verschillende mensen een stukje grond hadden en iets konden verbouwen. De mensen uit Voorburg zijn met een flink beladen bakfiets, en vraag niet hoe, Lees meer

5 04, 2014

Oorlogsherinneringen van Pieter Steensma (I)

2014-04-18T08:20:43+00:005 april, 2014|0 Reacties

Pieter Steensma heeft herinneringen uit zijn jeugd, tijdens en na de WOII, aan het 'digitale papier' toe vertrouwd met de bedoeling deze te publiceren op de website Minnertsga vroeger. Pieter heeft zijn jeugd doorgebracht in Minnertsga en woont nu in Westerhaar-Vriezenveensewijk en is een zoon van Lolle Steensma en Geesje Bos. Voorafgaand aan Pieter zijn herinneringen had hij mij al meerdere berichten gestuurd met foto's en zijn aantekeningen er bij. Ook die krijgen nog een plaats op deze website. Maar in de aanloop naar 4 en 5 mei lijkt het mij passend om eerst zijn jeugdherinneringen over de WOII hier te plaatsen. Hierna Pieter zijn verhaal. Ik heb al het één en ander geschreven over Minnertsga in de tijd van mijn vroege jeugd. Ik ga nu nog even verder. Uit de tijd van voor 1940 herinner ik mij de mobilisatie. Door het dorp reden een enkele keer legerauto’s vol soldaten. We stonden aan de kant van de weg te wuiven. Een enkele soldaat stak zijn hand op maar al te vrolijk zagen ze er niet uit. Begrijpelijk maar voor ons, kinderen, was het een leuke optocht en wat begrepen wij eigenlijk van oorlogsdreiging? Totdat de meidagen van 1940 kwamen. Ik was toen acht jaar. De echte oorlog ging aan Minnertsga voorbij maar bang waren we wel. Vliegtuigen in de lucht, mensen die binnen bleven en als ze naar buiten moesten angstig omhoog keken. Zo leeft het althans in mijn herinnering. Na een paar dagen was het voorbij en haalden we opgelucht adem. Op een mooie morgen mocht ik met vader voorop de fiets een eindje mee. We gingen langs de zeedijk en kwamen daar een drietal Duitse soldaten tegen die vriendelijk groetten. Toen nog wel. In het begin zeiden veel mensen: 'Och ze vallen nog wel mee'. Dat veranderde al gauw. Het duurde niet lang of allerlei dingen waren niet meer te krijgen. Als kind vind je het dan vervelend dat je niet meer eens een banaan of sinaasappel krijgt. Dat je wel eens vraagt naar apenootjes (Red. pinda's in dop) maar die zijn er niet meer. Je wilt nog graag eens een stukje chocola maar dat is er niet meer. Minnertsga vlak voor WOII   In de loop van de jaren werd dat steeds erger. Ik herinner me de februaristaking van 1941. Vader was ‘s morgens naar de boer gegaan maar het duurde niet lang of hij kwam terug: 'We staken'. Een woord dat ik toen voor het eerst hoorde. We woonden naast iemand die lid was van de N.S.B. Die zei: 'Kijk maar uit jij met je staken'. Verder gebeurde er niets want deze man was wel NSB-lid maar heeft nooit iemand kwaad gedaan. Hoe langer de bezetting duurde, hoe groter de haat tegen de Duitsers werd. Wordt vervolgd. Pieter Steensma (januari 2014)

Ga naar de bovenkant