23 07, 2023

De verdwenen korenmolen van Minnertsga

2023-07-23T10:13:30+00:0023 juli 2023|Reacties uitgeschakeld voor De verdwenen korenmolen van Minnertsga

In de loop der jaren heb ik veel documentatiemateriaal verzameld over de historie van het dorp van mijn jeugd. Een van die knipsels heeft bovenstaande titel en is geschreven door een zeker J.G. de Boer uit St. Jacobiparochie. Op het knipsel staat met pen geschreven: De mol 28-1-1969.  Waarschijnlijk komt het artikel uit een molenblad. Hierna volgt het artikel van de schrijver uit St. Jacobiparochie. De reeds jaren verdwenen korenmolen van Minnertsga, was afkomstig uit Leeuwarden. De overplaatsing geschiedde toen Minnertsga zonder molen was komen te zitten omdat de voorganger tijdens een onweer door de bliksem was getroffen en afgebrand. Eén der molenaars die de molen hebben bemalen, heette Koning. Hij richtte de molen destijds in als pelmolen hetgeen voor die tijd zeker heel vooruitstrevend was. Werd de gort vroeger meestal los verkocht, molenaar Koning leverde ze ook verpakt, in papieren zakjes van een halve of hele kilo. Toen ik in de dertiger jaren een in de molen kwam stond er nog altijd een paktafel met enige gele papieren zakjes waarop gedrukt stond: “Koning’s gort”.  Die waren nog van het begin van deze eeuw, in elk geval van vóór 1910 want in dat jaar had de molen weer een andere eigenaar, een zeker Knol. Dat was in mijn jeugdjaren. Knol is op de molen oud geworden, maar met hem ook de molen., want de zaak verliep en de molen kwam in verval. Lange tijd heeft de molen met één roede gestaan. Toch is hij later weer opgeknapt en is er nog weer graan mee gemalen. Dat was in de jaren na 1930 toen de graanprijzen abnormaal laag waren. Op de gemengde bedrijven werd bij ons toen veel van het verbouwde graan aan het vee gevoerd. De molen werd toen gehuurd door Sied Hogerhuis [red: Sijds], een molenaarsknecht. Hij liet een gebruikte roede komen van een molen uit Marrum (Fr.) waarop hij ook knecht was geweest. De roede die zelfzwichting had, miste nogal wat kleppen, maar ja, Hogerhuis zat ook niet al te ruim bij kas en dan valt het niet mee om een molen, die al afgetakeld is, weer helemaal in orde te brengen. Franeker courant 7 aug. 1898 Mechiel Derks Knol met waarschijnlijk zijn huishoudster Franeker courant 20 juli 1905 Sijds Hogerhuis (r) en Cornelis (Kees) Piebes Rosendal. In de eerste jaren dat ik boer was, heb ik nog al veel graan op deze molen laten malen. Ik herinner me nog, dat ik voor een goed houdbare haver niet meer dan zes cent per kilo kon krijgen! We hebben he top de zolder gebracht en het is allemaal tussen de stenen doorgegaan en door de koeienmaag! In die tijd waren we blij als het jaar voorbij was en we onze kost hadden. ’t Was op een keer dat Hogerhuis mijn meel bracht en zei: “Nu heb ik deze week iets vreemds beleefd”. Wat was het geval? Toen
Lees meer . .

15 02, 2014

Age Knol was vijftig jaar bode van het Groene Kruis

2014-02-16T15:13:56+00:0015 februari 2014|1 Reactie

Age is als enig kind geboren uit het huwelijk van Jacob Ages Knol en Antje Wassenaar. Hij is geboren op 12 december 1857 in Minnertsga en trouwde later met Trijntje Vrieswijk. In de Leeuwarder courant van 27 april 1954 staat een artikel over zijn vijftigjarig jubileum als bode bij het Groene Kruis. Zo’n artikel geeft een inkijkje in het leven van iemand die al lang geleden het aardse bestaan moest verlaten. Hieronder het verhaal uit de krant. ‘Vrijwel iedere dag kan men in het kleine werkplaatsje van de  „Tuin- en Landbouwvereniging Minnertsga en Omstreken" een oude man en een hond vinden. De man timmert kisten en de hond poetst aan de broekspijpen van z’n baas de gitzwarte vacht, of ligt stilletjes in een hoekje tegen de door de ramen schijnende zonnestralen te knipperen. Het is een vredig toneeltje. De rust, die pas na vele jaren over een mensenleven komt en de trouw van een hond maken dit stille, afgezonderde werken tot iets buitengewoon bekoorlijks. Men stapt een ander wereldje binnen. Een wereldje zonder atoombommen en vliegtuigen, zonder ijzeren gordijn en conferenties, zonder roddelen en vetes. Werken tussen kisten, knollen en planken, onder het toezicht van een tevreden hond. De 78-jarige heer A. Knol die hier zijn arbeid verricht, houdt niet van opgeschroefde verhalen. Hij praat rustig en verstandig over het leven, dat achter hem ligt. Zonder ophef, hoewel daar wel enige reden voor zou zijn. De heer Knol heeft namelijk, nadat hij als twaalfjarige jongen voor twee-en-een halve cent per uur bij de cichorei-fabriek in dienst trad, heel wat werk gedaan. Niet alleen als fabrieksarbeider, postbode en marktmeester, maar ook in het verenigingsleven. Vooral „Het Groene Kruis" had z’n volledige sympathie en bij het vijftigjarig jubileum van de vereniging, dat vrijdag aanstaande op een enigszins feestelijke wijze in het gebouw van de Ned. Herv. gemeente zal worden gevierd, herdenkt ook de heer Knol de dag waarop hij een halve eeuw geleden als bode bij de vereniging in dienst trad. Man naast fiets Age Knol als postbode In de eerste jaren was zijn taak niet zo zwaar. Bij ongeveer vijf en twintig leden moest hij eenmaal per jaar een contributie van één of twee kwartjes innen De vereniging groeide echter ieder jaar zodat de werkzaamheden langzamerhand drukker werden. Aan dit groeiproces werkte de heer Knol zelf trouwens hard mee. Wanneer zich iemand in Minnertsga vestigde, was hij er als de kippen bij, om een nieuw lid voor het „Groene Kruis" te winnen. Eén dezer dagen kon hij „it tal", dat hij zich had gesteld (500), volmaken. De kroon op het werk want met dit succes heeft de heer Knol het welletjes gevonden. Hij legde, na een halve eeuw trouwe dienst, zijn functie neer. Jongere krachten zullen het werk moeten voortzetten. Of ze het met evenveel zorg en evenveel liefde zullen doen. is iets, dat de tijd zal moeten leren. Het valt niet mee de opvolger van de heer Knol te zijn’.   Liggend Age Knol, naast de kar
Lees meer . .

Ga naar de bovenkant